Met de komst van drie nieuwe leden, zitten we inmiddels op 45 schakers die aan de interne competitie deelnemen. Eigenlijk moeten we zeggen 44, omdat Richard Pooth om gezondheidsredenen, helaas begin dit seizoen, af heeft moeten zeggen als lid. Van de drie nieuwe leden speelde alleen Freek Deunk en hij had een goed debuut. Weliswaar won hij niet van Jan Willem Klein Poelhuis, maar zeker in het eindspel zat hij toch dichtbij de winst. Het was de laatste partij die nog bezig was die avond. Welkom in ieder geval Freek. Ook nieuw zijn Paul Dekker, de vader van Thiemen, die al trouw toeschouwer was, maar nu zelf ook gaat spelen en Lukas Doering, die al een kijkje op de club heeft genomen. Ook welkom.
Naast de kwartfinale voor de beker werden er nog twaalf wedstrijden voor de interne competitie gespeeld. Kay Ruesink won van Daan Slager. Winnen deed ook Daniël Barachtsjansky. Jan Eckhardt ging in betere stelling door zijn vlag en Daniël had toen nog een seconde over. Achteraf bleek dat de klok niet goed was ingesteld. Er kwam geen 20 seconden per zet erbij. Omdat beiden onder gelijke omstandigheden speelden en er niet door de spelers tijdens de partij werd gereclameerd, bleef de uitslag zoals die was. Henk Wiggers verloor van David Poole. Dick Labee van Max Eisenbart. Rob Voogd van Lauri Maris. Oscar Wamelink won van Evi Maris. Hij zette Evi mat met twee dames en had nog wat pionnen achter de hand mocht het nodig zijn. Erik Maris kon het niet bolwerken tegen Walter Schmeing, die met een stuk meer en matdreigingen Erik tot opgave dwong. Gerard Klein Langenhorst maakte naar eigen zeggen teveel fouten en gaf al snel een toren weg. Henri Abbink had er toen niet zoveel moeite meer mee. Jochem Mullink pakte het weer rustig aan tegen Joachim Musholt. Hij creëerde druk en overwicht op de D-vleugel en met een kwaliteit meer kon Joachim pionverlies of pionpromotie niet voorkomen. Puntje voor de koploper dus.