In wat oorspronkelijk de laatste ronde was, speelde het eerste als enige WSG-team thuis en was daarvoor afgedaald naar de kelderverdieping van het Zonnebrinkcentrum. Almelo was de tegenstander, die op de ranglijst lager geklasseerd stond, maar qua speelsterkte ongeveer gelijkwaardig was. Het werd 3-5. Uiteindelijk bleek op zeven van de acht borden de speler met de hoogste rating de winst te pakken. Thiemen Dekker kwam een pion achter en bleef ook daarna lastig staan. Khaled Darwisch had na de opening al ruimtevoordeel en toen hij ook materiaal won, was de strijd beslist. Arjan van Lith had een heel dynamische stelling, die voor de toeschouwers moeilijk te beoordelen was. Een foutje van zijn tegenstander was voldoende voor een zege. Jochem Mullink wist in een eindspel met twee lopers tegen paard en loper een pion opvallend makkelijk te laten doorlopen. Maar met deze 3-1 voorsprong bleek de koek op. Han Schuurmans verloor een pion, toen nog één en nog één en zag in dat het een verloren zaak was. Invaller Gerard Harbers kwam terecht in een dubbel toreneindspel met minuspion, maar ook na ruil van één toren, speelde zijn tegenstander het knap uit. Arent Luimes kwam een pion en kwaliteit achter. Hij maakte het zijn tegenstander toch nog moeilijk, maar nadat die de kwaliteit teruggaf resteerde een verloren toreneindspel. Henrik Lösing, een andere invaller, had slechts een toren voor twee lopers, maar hij mikte op de open koningsstelling van zijn tegenstander. Die moest inderdaad een loper geven om de koning te beschermen, maar hield een eindspel van loper en vier pionnen tegen toren en drie pionnen over. Lösing probeerde op winst te spelen, maar de vrijpion van zijn tegenstander bleek gevaarlijker.
