De partij van de avond was toch wel die van Kay Ruesink en Henk te Brinke. Alle zware stukken van Henk stonden bij elkaar rondom de witte koning op de D-vleugel. Ook de stukken van Kay vonden er een plaatsje. De pionnen daarentegen stonden zo ongeveer allemaal op de K-vleugel er waren in afwachting van wat er verder ging gebeuren. Het leek op een gegeven moment wel erg op kluitjesvoetbal. Het lukte Kay lang om steeds de goede verdediging te vinden. Op een gegeven moment, bijna alle stukken waren al van het bord, ging het toch mis en zette Henk mat. ‘Het was een flutpartij’ zo kwalificeerde hij zijn eigen partij.
In een rechtstreeks duel om de koppositie tussen Jochem Mullink en Paul van der Lee creëerde Jochem een pluspion. Paul was niet tevreden over zijn spel en vond dat hij een groot deel van de partij slecht had gestaan. Pas in tijdnood kreeg hij wat meer grip, maar het was Jochem die als eerste een doorbraak met de pionnen kon forceren. Met de winst neemt Jochem de kop weer over. Ook Henri Abbink had een pluspion en na nauwkeurig laveren op beide flanken won hij de partij van Peter Hoens. Marcel Krosenbrink won van Luc van Harxen. Daar heb ik verder niets van gezien, toen speelde ik zelf nog. Bert te Sligte had ook een pluspion tegen Gerard Klein Langenhorst. Gerard verdedigde zich taai en hield lang stand. Bij Dick Boogaard en Rob Voogd speelde de partij zich vooral op de open f-g-h-lijnen af. Na een beslissend schaakje op de h-lijn stond Rob hij mat.
Mark Burgers won van Robin Hoens. Mark speelde een gambiet, maar in plaats van een pion achter te komen won hij er een. Hij kreeg controle over het centrum en dat kon Robin niet meer keepen. Jan Eckhardt en Willy Wilting waren als laatste bezig. Het afbreken kwam wel gevaarlijk dichterbij, maar dankzij het nieuwe speeltempo (van 30 naar 20 seconden extra per zet) waren ze toch op tijd klaar. Willy had een stuk meer. Jan hield echter lang stand, tot aan het mat. Matthijs Hoens won van Jan Willem Klein Poelhuis. Volgens Jan Willem werd hij weggespeeld. Ook Henk Freriks had een pluspion tegen George Appiah. ‘Ik stond wel wat beter’ gaf Henk aan. De overwinning deed hem goed. Henk Wiggers kwam beter uit de opening tegen Han van de Laar. Omdat de aanval op de K-vleugel niet doorsloeg bleef de partij in evenwicht. Met een remise waren beiden als snel tevreden.
Volgende week SCHAAK VRIJ. Meer info volgt.
