Ronde 5: Eindspel

Ronde 5 kunnen we gerust de ronde van het eindspel noemen. Al gebeurden er natuurlijk nog voldoende andere interessante zaken op de veertien borden. Mooie combinaties in overvloed en bij één van de borden moest halverwege de klok ingesteld worden op 20 seconden bijtelling in plaats van 30. Het zou zomaar een latertje kunnen worden anders.
Een latertje werd het wel in de partij tussen Jan Willem Klein Poelhuis en Kay Ruesink. Volgens Jan Willem speelden zij eigenlijk altijd remise tegen elkaar, maar dit keer leek Jan Willem toch aan het langste eind te gaan trekken. Hij bereikte een toreneindspel met een pluspion en voerde die langzaam maar zeker naar de zevende rij. Maar toen wist hij niet meer hoe hij verder moest komen en werd het alsnog remise. Kay, die zich hardnekkig had verdedigd, dacht dat dit zijn langste partij was die hij ooit gespeeld had. Gelukkig voor hem leverde die inspanning dan ook nog wat op.

Jan Willem maakte hier met Th8+ Ke7, Th7+ Ke8 etc remise. Hij had echter nog kunnen winnen. Bijvoorbeeld Th6 Ke7, Kb7 (de koning gaat schuilen achter de toren) Tb2+ Txb6, Kxb6 Kd7, Kb7 en wit wint. Als zwart Kb7 probeert te verhinderen met Tb2 volgt Te6+ Kf7, Kd7 Td2+, Td6 en wederom zorgt de toren voor een schuilplaats. Maar na bijna vier uur achter het bord en weinig tijd op de klok is het allemaal niet zo makkelijk.

In de partij tussen Mark Burgers en Bert te Sligte was de slotstelling wel potremise. Ook met enige aanmoediging wilde de computer niet verder gaan dan he oordeel 0.0.

Wat natuurlijk niet wil zeggen dat je niets fout kunt doen, maar beide spelers geloofden het wel en kwamen hier remise overeen.

Bram Wilterdink had slechts twee pionnen voor een stuk gekregen, maar zijn pionnen waren toch erg lastig voor Henk te Brinke. En ook de witte koning staat veel actiever.

Toch vindt de computer deze stelling nog steeds een beetje beter voor zwart. Het is onmogelijk hier steeds de beste zet te spelen en dat gebeurde dan ook niet, maar opvallend was wel dat Bram al zijn kaarten had gezet op promotie. Hij offerde zelfs zijn toren tegen het paard om dat mogelijk te maken.

En hij had succes. Zwart probeert hier nog een laatste truc. Als wit een dame haalt gaat hij met Ta1 mat, maar wit lette op en speelde Ka4. Promotie van één van de pionnen is nu niet meer te voorkomen en even later moest Henk opgeven. Een toreneindspel waarbij maar één van beide partijen een toren heeft. Ook dat kan.