Op een druk bezochte laatste avond Zomerschaak stond één ding vast, Jan Eckhardt zou winnaar worden van de C-groep. In de andere groepen kon nog van alles gebeuren. In de A-groep waren nog vier kanshebbers. Henrik Lösing was niet aanwezig en verspeelde zo zijn kans op titelprolongatie. Han Schuurmans en Gerard Harbers speelden onderling remise, waarmee zij vooral Jochem Mullink in de kaart speelden. In de tweede partij zag het er echter goed uit voor Schuurmans tegen Mullink, maar met letterlijk nog maar een handvol seconden op de klok, wist Mullink toch te winnen. Daarmee was ook Schuurmans uitgeschakeld. In de laatste partij van de avond wonnen zowel Gerard Harbers als Jochem Mullink hun partij, waardoor laatstgenoemde Harbers nipt voorbleef: 10 uit 12 ten opzichte van 7 uit 9.
In de B-groep waren voor de laatste speeldag nog veel kanshebbers, al stond Paul van der Lee er het beste voor. Hij begon echter met twee nederlagen, waardoor Henk te Brinke en Alfred Schley opeens op pollposition stonden. Zij liepen echter in de laatste ronde beiden tegen een verliespartij aan, waardoor de beste kans weer voor Van der Lee was. Maar dan moest hij wel winnen van Han van de Laar en dat lukte niet. Schley en Te Brinke finishten beide op 6,5 uit12, maar op basis van onderling resultaat ging de hoofdprijs naar Alfred Schley. En daarmee verdedigde hij zijn titel.
