De eerste ronde van de WSG-beker kende enkele opmerkelijke partijen. Van de top vijf van de ratinglijst, speelden vier mensen tegen elkaar. Jochem Mullink werd vorig jaar nog uitgeschakeld door Gerard Harbers, maar nu wist hij met een zege wel de volgende ronde te bereiken. Titelverdediger Marcel Krosenbrink werd gevloerd door Henri Abbink, die de partij besliste met een tussenschaakje. Het dichtst bij een stunt was Kay Ruesink. Hij profiteerde tegen Paul van der Lee uitstekend van de tijdshandicap. Paul wist in de reguliere partij in zijn laatste minuut een remise af te dwingen en in het aansluitende beslissingspartijtje had hij zelf nog maar vijf seconden toen hij de matzet uitvoerde.
Uitslagen: Kay Ruesink-Paul van der Lee 0,5-0,5 (0-1), Han Schuurmans-George Appiah 1–0, Luc van Harxen-Bram Wilterdink 1-0, Gerard Harbers-Jochem Mullink 0-1, Rob Voogd-Alfred Schley 0-1, Jan Willem Klein Poelhuis-Dick Boogaard 0-1, Bert te Sligte-Matthijs Hoens 1-0, Geert ten Hietbrink-Mark Burgers 1-0, Gerard Klein Langenhorst-Henk te Brinke 0-1, Robin Hoens-Frank Lehr 0-1, Henri Abbink-Marcel Krosenbrink 1-0.
Loting ronde 2 (22 november): Frank Lehr-Dick Boogaard, Luc van Harxen-Jochem Mullink, Han Schuurmans-Geert ten Hietbrink
Geplaatst voor kwartfinale (17 januari): Henk te Brinke, Alfred Schley, Henri Abbink, Paul van der Lee en Bert te Sligte.
